Op 2 september deed zich voor de cliënt van mr. Van Keulen een bijzondere situatie voor. Bewaarders in de Penitentiaire Inrichting kwamen naar hem toe met de boodschap: “Meekomen, spullen pakken, je mag naar huis”. Zonder uitleg of toelichting werd hij in vrijheid gesteld. Dit terwijl hij op 19 augustus 2025 nog door de rechtbank Amsterdam was veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes jaar.
Hoe is dat mogelijk? Een korte uitleg. Client verbleef in voorarrest voor een Haagse zaak. Tijdens dat voorarrest is hij in 2023 voorgeleid voor een Amsterdamse zaak, is de voorlopige hechtenis bevolen en is de voorlopige hechtenis direct door de rechter-commissaris geschorst. Daarbij werd bepaald dat het voorarrest in de Amsterdamse zaak opnieuw zou herleven zodra de detentie in de Haagse zaak zou eindigen.
Op 17 juli 2025 liep de detentie in de Haagse zaak af: client werd in die zaak geschorst. Deze informatie bereikte Amsterdam echter niet, waardoor daar geen actie werd ondernomen om de cliënt in de Amsterdamse zaak in voorlopige hechtenis te houden (zoals beslist in 2023). Het gevolg was dat cliënt, na herhaaldelijk contact vanuit de verdediging over de detentietitel, in vrijheid werd gesteld.
De vrijheid was voor korte duur. Boven het hoofd van de cliënt hing namelijk nog altijd die forse gevangenisstraf. Op 15 september 2025 moest hij daarom samen met mr. De Wit, collega van mr. Van Keulen, voor het hof Amsterdam verschijnen. Het hof heeft erkend dat er fouten zijn gemaakt, maar heeft alsnog de gevangenneming bevolen.
Het hof sprak daarnaast openlijk zijn waardering uit, niet alleen richting de cliënt, maar ook richting de verdediging. De manier waarop zij samen deze ingewikkelde en uitzonderlijke situatie hebben aangepakt, werd nadrukkelijk geprezen.
Incidenten als deze komen (bijna) nooit voor en juist dan is het cruciaal om als advocaat aan de zijde van je client te staan.